zaterdag 15 januari 2011

"Zie, het Lam Gods dat de zonde van de wereld wegneemt."

Overweging bij de tweede zondag door het jaar - A
Joh. 1,29-34


Tot voor enkele jaren liep er op de televisie het spelprogramma “Get the picture”. Het was eigenlijk een quiz. De kandidaten moesten een aantal vragen beantwoorden. Telkens ze een vraag correct hadden beantwoord, werd een stuk van een foto, als een soort van puzzelstuk, getoond. Bedoeling was om zo snel mogelijk te raden wie op de foto was afgebeeld. Kreeg men een stuk te zien met een uitgesproken kenmerk van de persoon die men moest raden, dan was het antwoord vrij makkelijk.

In het evangelie van deze zondag ontmoeten we de figuur van Johannes de Doper. Hij werd gezonden om te dopen. Hij kreeg ook belangrijke puzzelstukjes mee om te ontdekken wie de Zoon van God is. Men had hem verteld dat op wie hij de Geest zou zien neerdalen, diegene is die doopt met de heilige Geest. En Johannes de Doper ontmoette Jezus en hij zag hoe de Geest als een duif uit de hemel neerdaalde en op Jezus bleef rusten. Voor Johannes was het duidelijk: die Jezus van Nazareth, Hij is de Zoon van God. Hij is het Lam Gods dat de zonde van de wereld wegneemt.

Op andere plaatsen in het evangelie wordt ook de vraag gesteld, wie die Jezus van Nazareth eigenlijk is. Enkele weken geleden, tijdens de Adventsperiode, hoorden we nog een verhaal waarin we Johannes de Doper ontmoetten. U herinnert zich misschien nog: Johannes zit in de gevangenis en zendt zijn leerlingen uit om aan Jezus te vragen of hij de komende is, de lang verwachte Messias. En Jezus antwoordt op deze vraag door te verwijzen naar wat Hij concreet gedaan heeft. Hij zegt: “Gaat aan Johannes zeggen wat gij hoort en ziet: blinden zien en lammen lopen, melaatsen genezen en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de Blijde Boodschap verkondigd.” (Mt. 11,4-5) Jezus is de komende, Jezus is de lang verwachte Messias, de Verlosser, en dit verlosserschap heeft te maken met concrete daden van bevrijding.

De profeet Jesaja beschrijft in een visioen de komst van een Redder, een Vredevorst. Hij die verlossing zal brengen. Hij maakt slappe handen sterk en geeft kracht aan knikkende knieën. Op Kerstdag vierden we de komst van deze Redder, Jezus Christus, de Zoon van God. Hij is gekomen om ons te verlossen. Dit geloven wij als christenen.

De moderne mens lijkt echter te geloven dat hij zichzelf kan verlossen. De technische verworvenheden van de voorbije eeuwen hebben hem gesterkt in dit geloof. De moderne techniek heeft zeker bijgedragen tot een groter gemak en comfort. Vliegtuigen brengen ons in een mum van tijd tot aan de andere kant van de wereld. Via gsm en internet kunnen we veel sneller en efficiënter communiceren. Ook in de geneeskunde is vandaag de dag heel veel mogelijk, gaande van transplantatie van organen tot en met pijnbestrijding. En het is ook goed dat dit mogelijk is.

De vraag die we ons echter moeten durven stellen, is: zijn wij, ondanks alle verworvenheden, werkelijk verlost, werkelijk bevrijd van alle onheil? We kunnen niet anders dan vaststellen dat er op heel veel plaatsen in de wereld nog steeds oorlog, armoede en honger is. Nooit tevoren, zo lijkt het wel, hadden zovele mensen te lijden onder depressies en eenzaamheid. De zelfmoordcijfers pieken.

We kunnen veel meer dan vroeger, maar wat we niet kunnen, is onszelf verlossen. Enkel Christus kan ons verlossen. En hoe kunnen we ons door Christus laten verlossen? Door ons door Hem te laten leiden.

Dit doen we concreet door enerzijds met Hem contact te zoeken. We kunnen Christus ontmoeten in de Eucharistie. In de Eucharistie richten we ons naar diegene die zijn leven heeft gegeven om ons te verlossen. In de Eucharistie kunnen we ons door Hem laten aanraken, delen wij in Jezus’ verlossende kracht. De communie is het moment waarop wij Jezus’ verlossende kracht in ons toelaten. In de communie ontvangen wij Christus, maar in de communie ontvangt Christus ook ons. “Blijft in Mij, zoals Ik in u” (Joh 15,4), horen we Jezus in het Johannesevangelie zeggen. De communie betekent dat wij Jezus Christus in ons willen aanvaarden. Hem aanvaarden betekent dat wij aan Hem gelijkvormig willen zijn. Wanneer wij gelijkvormig aan Hem zijn, worden wij zelf ook instrument van de verlossing.

De Eucharistie houdt voor ons daarom steeds een opdracht in. Wij aanvaarden immers dat wij in de voetsporen van Christus willen treden, dat wij ook slappe handen en knikkende knieën willen helpen sterk maken. Zo worden ook wij instrument in Gods genadewerk. Zo helpen wij diegene die onze hulp het hardst nodig heeft: bijvoorbeeld de zieke of eenzame in onze buurt.

Wanneer we vanuit deze ingesteldheid handelen, worden wij allen, op onze manier, een puzzelstukje in het grote visioen van het Rijk Gods, maken wij het Rijk Gods op aarde hier en nu mogelijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten